januari 11, 2016

Alle artikelen >

Je hersenen nemen nogal eens een loopje met de werkelijkheid..

Op de A2, tussen Utrecht en Amsterdam, rijd je op een zes-baans, kaarsrechte weg waar het vaak niet druk is. Af en toe zie je borden die aangeven dat de maximale snelheid 100 km/uur is, waarschijnlijk in verband met fijnstof uitstoot en geluidsoverlast. De gemiddelde automobilist ervaart hier een weg waar je veel harder kunt rijden, dat zie je terug in het aantal snelheidsovertredingen. Hier botst de beleidsmatige werkelijkheid met de door de hersenen van de gebruikers ervaren werkelijkheid. Je hersenen nemen nogal eens een loopje met de werkelijkheid..

1. Bewustzijn ontkent de werkelijkheid
De meeste mensen weten dat de opwarming van de aarde desastreuze gevolgen heeft, maar gaan wel graag met het vliegtuig op vakantie. Uit onderzoek blijkt dat mensen die bewust met het milieu bezig zijn, gemiddeld meer vliegen (Onderzoek Rijksuniversiteit Groningen, 2008). Dat hangt mogelijk samen met bestedingsmogelijkheden. Ons bewustzijn ‘helpt’ ons om een logische verklaring te vinden voor ons eigen gedrag, bijvoorbeeld: ‘het was een heel druk jaar, nu is het tijd om lekker te ontspannen’. Hiermee negeren we de werkelijke lange termijn bedreiging zodat we op korte termijn een goed gevoel hebben.

2. Hersenen simuleren de werkelijkheid
Soms voorspellen de hersenen wat er gaat gebeuren en lijkt het al realiteit. Als we verwachten dat een medicijn goed werkt bij de bestrijding van pijn, dan neemt de pijn eerder en sterker af. Dit placebo effect is goed te zien in onderstaande figuur waarin de ervaren pijn na toediening van een morfine pil (zichtbaar) en morfine in een infuus (onzichtbaar) wordt gegeven.

Placebo-effect: Op de x-as de ervaren pijn, op de y as de tijd. Paars is een zichtbare injectie, blauw een verborgen injectie (infuus).

3. Hersenen vullen de werkelijkheid aan
Met onze zintuigen nemen we onze omgeving waar. De voor ons beschikbare informatie is altijd beperkt. Bijvoorbeeld wat we zien bestaat uit een klein beetje kleuren in het gebiedje waar onze pupil op focust, de rest zien we zwart wit, of helemaal niet. Onze hersenen vullen dat wat we waarnemen aan tot een samenhangend geheel. Wat we zien hangt ook sterk af van de omgeving. Vak A en B in onderstaande figuur hebben dezelfde helderheid. Door onze interpretatie van schaduw en de helderheid van de omliggende vakken lijkt het alsof A en B verschillend zijn van kleur.

Beleid gericht op ervaren van werkelijkheid
Kortom, zintuigen en hersenen bedriegen wel eens. En zelfs als we de waarheid kennen dan hebben we moeite om hier naar te handelen. Hier ligt een grote uitdaging voor beleidsmakers en beslissers. De opgave is niet ‘Hoe kan je mensen de werkelijkheid vertellen zodat ze goede keuzes maken?’, maar de opgave is ‘Hoe kan je mensen de werkelijkheid zo laten ervaren dat ze automatisch de juiste keuzes maken?’. Bijvoorbeeld duurzame, sociale of veilige keuzes. Als je moet betalen voor de hoeveelheid niet gescheiden afval, dan gaan mensen beter hun afval scheiden (Diftar system). In een nette omgeving zijn mensen socialer. En op een bochtige, hobbelige, smalle weg rijden mensen minder hard.

Morele grenzen aan toepassing van gedragsbeïnvloeding?
Af en toe krijg ik tijdens een workshop over bijvoorbeeld gedragsbeïnvloeding en duurzaamheid, de vraag of gedragsbeïnvloeding door overheden hetzelfde is als manipulatie. En of dit wel geoorloofd is. Natuurlijk maakt iedereen hierin zijn of haar eigen afwegingen. Het is echter lastig om iets aan te bieden zonder dat je hiermee een richting geeft aan de te maken keuze. Wat ik graag zou zien is dat overheden begrijpen welk gedragseffect het aanbieden van een keuze heeft en dat overheden daarbij kiezen voor het meest duurzame, veilige of effectieve aanbod.

Eens? Oneens? Een heel ander perspectief? Een toepassingsvraag?
Laat het me weten via een e-mail of reactie op de website.
Hartelijke groet,
Anjo Travaille